donderdag 22 september 2016

Uitgestelde aardigheid voor een onbekende

Onlangs stond ik vlak bij mijn huis oog in oog met een pakje in het wild. Nee, geen postpakket, maar één in de categorie cadeau. Een cadeau voor mij (er stond immers 'hello you' in een onbekend handschrift op de bijgevoegde kaart), zomaar, op een onafgesproken tijdstip, op een onafgesproken locatie en zonder aanleiding. Met recht een verrassing. 

Bij het cadeau - een boek van Sue Townsend - zat een kaartje, het bericht was ruim aangelengd met zoetigheid. Maar er sprak wel een oprechte hoop uit een onbekende een positief onverwacht moment te bezorgen. Dat is gelukt. Ik vind het een prachtig initiatief om het begrip altruïsme uit te leggen.
Als je wat ouder wordt, en je leeftijd niet meer op je verzamelde vingers en tenen te tellen is, worden cadeaus soms meer sociaal smeermiddel dan een echte verrassing, vind ik. Misschien komt dat doordat je op je verjaardag zo'n beetje terugkrijgt wat je zelf hebt gegeven, soms wel erg letterlijk. Een vriendin vroeg mij ooit een boekenbon voor haar verjaardag. Plichtsgetrouw gaf ik die, eentje van 15 euro. Maanden later kreeg ik mijn verjaardagscadeau van haar: een boekenbon van 15 euro. Zou ze het exemplaar in haar kast in de wacht hebben gelegd voor mijn verjaardag?  Onder de streep stonden we weer op nul, dus ik had niets te klagen, maar de menselijke warmte kon ik er nog niet echt in bespeuren.
Het mooie van dit initiatief is dat de lol van de creator van het cadeau er echt in doorklinkt.



Give joy, find joy, daarmee werd de kaart ondertekend. Op de bijbehorende facebookpagina las ik dat meerdere mensen cadeaus neerleggen in naam van deze surprise company. Op hun Instagram zie je waar ze hun cadeaus zoal hebben geplaatst. Leuk om even een blik op te werpen!

Een ander soortgelijk initiatief, van random aardigheid, kwam ik pas toevallig tegen tijdens een cyber surftocht: Letters left in London, Een onbekende penfanaat schrijft honderden brieven vol, die ze op openbare plekken achterlaat. Natuurlijk, de brieven staan vol met algemeenheden, maar het zijn brieven van mens tot mens, waarin de anonieme schrijver zich kwetsbaar opstelt en onbaatzuchtig tijd investeert in een ander persoon, een ander die altijd onbekend zal blijven. De site is echt de moeite van het bekijken waard.

Deze initiatieven inspireerden mij ook een keer als baardloze en piepjonge goedheiligman een cadeau voor een onbekende neer te leggen. Ik kijk er nu al naar uit een geschikte locatie te vinden voor mijn pakje. Alsof ik de locatiescout ben van de nieuwste variant van Pokemon Go: unplugged and unlocated.


donderdag 15 september 2016

Boekjes onder bankjes en op torens

Hoe ziet een zelfschrijvend boek eruit? Ik heb er twee gekend. 

Eén van de fijnste mogelijkheden van de lente en zomer is het bankhoppen. In de 'mooi weer periodes', loop ik regelmatig met een boek in de hand een eindje richting een groene zone om neer te ploffen op één van de beschikbare houten bankjes. Terwijl ik een poging doe verder te komen in mijn meegebrachte boek, kijk ik ook vaak naar het bewegende breedbeeld voor me: een joggende moslima gewikkeld in een Noordpoolproof winterjas, een meisje dat een speurtocht aan het uitzetten is of een sjokkende pony die plichtsgetrouw een paardenmeisje meesjouwt op de rug. Af en toe schuift er een bankgenoot aan voor een spontaan gesprek.

Voor mij is parkbankzitten een diepgewortelde traditie, die me laat dagdromen, reflecteren, ontspannen en verrassen. Pas vroeg ik me af wat er in de hoofden omgaat van alle medebankgenoten. Wat is hun verhaal? Waarom komen ze naar een park om daar op een hard bankje te zitten terwijl ze ook thuis in hun ergonomische fauteuil hadden kunnen blijven zitten, met voeten op de poef? Ik besloot een boekje onder de zitting van mijn lievelingsbankje vast te binden om meer te weten te komen over het onzichtbare bankjesgenootschap dat ook gebruik maakt van mijn lievelingsbankje. Ik schreef zelf de eerste entry, hieronder de eerste pagina:



Ik maakte het boekje vast aan de onderste plank en vertrok. Een kinderlijke avontuurvlaag stroomde door me heen. Het spannende zit hem in het anonieme en de moderne biechtvorm: doordat je je identiteit niet onthult, kun je schrijven wat je wilt, zonder rekening te houden met reputatieschade. Ook het indirecte intrigeerde me: op een voor mij onbekend moment, schrijft iemand die ik niet ken een voor mij onbekend verhaal. Ik zag het al helemaal voor me, in het boek onder de bank zou een geheim genootschap van bankvrienden samenkomen, een genootschap dat elkaar in de echte wereld niet zou herkennen.

Toen ik na een paar dagen terugkwam bij het bankje om te checken of andere banknomaden vol enthousiasme hun polsen lam hadden geschreven, kwam ik bedrogen uit. Van het boekje was geen spoor te bekennen. Ik zocht het hoger op. In de plaatselijke uitkijktoren in een hardlooppark. Zelfde concept, ander boekje. Dit boekje liep als een trein: af en toe kwam ik even langs om te zien hoe het boek in de tussentijd had doorgeschreven. Er zaten ontroerende passages tussen: een - aan het handschrift te zien - meisje schreef dat ze iedere avond naar de toren kwam in de hoop dat ze daar, door een speling van het lot, haar grote maar nog onbekende liefde zou tegenkomen. De realiteit was bitter, nog steeds was ze eenzaam en er had zelfs nog nooit iemand omhoog gekeken terwijl zij op te toren stond. Een andere torenbeklimmer schreef dat hij niet leefde om dood te gaan, maar dood wilde gaan voor het leven. Ik was zo enthousiast over mijn volautomatisch schrijvende boek, dat ik al illusies koesterde over het luxeprobleem wat ik zou moeten doen als het boekje ooit van kaft tot kaft beschreven zou zijn. Zou ik het daar laten of zou ik het als het verlossende boekwerk over de antropologische samenstelling in mijn wijk in mijn eigen boekenkast zetten?

Bovenstaand dilemma van existentialistische proporties werd me bespaard, toen ik een paar dagen geleden een lege toren opliep. Beste meenemer van het boek, veel leesplezier.

maandag 12 september 2016

Ode aan de prachtige lelijkheid

Fotograferen en vakantie: die twee begrippen lijken onlosmakelijk met elkaar verbonden. Maar hoe zou het voelen om je eigen wijk te fotograferen alsof het een spectaculaire fotohotspot is? 

Op reis maak ik weinig foto's. Ik geniet dan van de ervaring, de mensen om me heen en de vreemde geuren. Foto's maken vind ik dan erg afleidend en bovendien wil ik de werkelijkheid niet via een filter als tweederangs ervaring tot me nemen: via een scherm.

Toch houd ik erg van fotograferen. Fotograferen leert je zien, zelfs als de camera in z'n hoesje in de kast ligt en jij op straat loopt. Als je vaak foto's maakt, train je jezelf opmerkzamer te zijn op een mooi lijnenspel, gezichtsbedrog of een grappige afwijking van de dagelijkse realiteit. Je ervaart de wereld veel rijker wanneer je regelmatig foto's maakt, merk ik.

                                Trappenhuis in de Bijlmer

Dat fotograferen voorbehouden zou zijn aan die zeldzame momenten waarop je op een exotisch strand flaneert, een olifant wast of een ballonvaart maakt, vind ik onzin. Mooie foto's maken kan altijd. Sterker nog: ik denk dat het leuker en uitdagender is foto's te maken van een gebied dat niet unaniem als 'adembenemend' wordt gezien. Op zulke 'middelmatige' locaties word je gedwongen echt om je heen te kijken en iets bijzonders uit te lichten. Misschien iets heel kleins, dat nog maar nauwelijks gefotografeerd is. Je schiet dan niet alleen een plaatje van iets moois, maar je kiest heel bewust een detail uit dat je wilt tonen. Je foto is dan een visie in plaats van een één op één representatie van de realiteit.

Ik denk dat iedereen, waar je ook woont, heel mooie foto's kan maken. Enige voorwaarden zijn - behalve een camera - geduld en de bereidheid ideeën over schoonheid los te laten. De universele opvatting over schoonheid is namelijk maar heel nauw, terwijl lelijkheid een enorme bandbreedte kent. Juist als je de lelijkheid vangt, kun je een heel persoonlijke (en unieke) visie op de realiteit geven. Zelf woon ik in een wijk die niet gezien wordt als een pittoreske locatie: de Bijlmer. Maar ook op deze grijze en rauwe plek, kon ik me uitleven met mijn camera en kon ik een ode brengen aan de prachtige lelijkheid.

Door je foto's op Flickr te delen, kun je ook nuttige feedback krijgen van andere mensen. Bovendien kun je ook anderen 'volgen', zodat je inspiratie krijgt voor je eigen foto's. Hier kun je mijn fotostream zien.

Lang leve de dicht bij huis fotografie! Waar ga jij foto's van maken?